Gemeente breidt extra cameratoezicht uit naar Park Eekhout en Katwolderplein
Zwolle – Vanaf vrijdag 5 september komt er cameratoezicht bij Park Eekhout en het Katwolderplein. Deze maatregel geldt tot begin januari enwordt ingesteld naar aanleiding van aanhoudende meldingen van overlast.
Eerder zijn er camera’s geplaatst bij de Potgietersingel. Daar had de maatregel duidelijk effect: de overlast is aanzienlijk verminderd. Om dat resultaat vast te houden, verlengt de gemeente daar het cameratoezicht tot begin januari.
Omwonenden van Park Eekhout en het Katwolderplein hebben inmiddels een brief ontvangen waarin het cameratoezicht wordt toegelicht.
Overlast houdt aan, aanpak wordt uitgebreid
Bewoners en ondernemers ervaren op beide locaties overlast. In Park Eekhout gaat het onder meer om intimidatie van voorbijgangers en drugshandel en – gebruik. Op het Katwolderplein is er overlast nabij horeca en de supermarkt, met intimiderend gedrag en het openlijk gebruik van alcohol en drugs.
Eerdere maatregelen, zoals extra inzet van politie en handhaving, een samenscholingsverbod en schoonmaakrondes, hebben de situatie nog niet voldoende verbeterd. Het cameratoezicht is daarom een aanvulling op de bestaande aanpak.
Burgemeester Peter Snijders: ‘We hebben veel meldingen van bewoners en ondernemers ontvangen. Zij voelen zich onveilig door groepen die rondhangen, intimideren en overlast veroorzaken. Wat mij betreft is de maat vol. Daarom breiden we het cameratoezicht op deze plekken uit. Dat helpt zichtbaar, ook omdat de politie op basis van de beelden achteraf kan ingrijpen.
‘Naast het cameratoezicht zetten we ook andere middelen in om de overlast tegen te gaan, zoals gebiedsverboden. Soms voor een specifieke plek en als het nodig is, voor een groter deel van de stad. Want iedereen moet ongestoord van onze stad kunnen genieten.’
Zorg en ondersteuning waar nodig
De gemeente kijkt niet alleen naar handhaving, maar ook of de mensen die overlast veroorzaken hulp of zorg nodig hebben.
Snijders: ‘Met boetes en gebiedsverboden alleen lossen we dit niet op. Daarom kijken we ook naar de achterliggende oorzaken van het gedrag. Als daar andere problemen spelen, willen we dat weten. Waar nodig bieden we hulp en zorgen we dat mensen de juiste ondersteuning krijgen.’
